Weer ging Hij naar het meer om de mensen te onderwijzen; er kwam een enorme menigte om Hem heen staan. Daarom ging Hij in de boot op het meer zitten, terwijl de menigte op de oever bleef staan.
Hij onderwees hen uitvoerig en sprak hen toe in gelijkenissen. Hij zei:
‘Luister. Iemand ging eens naar zijn land om te zaaien. Tijdens het zaaien viel een deel van het zaad op de weg, en de vogels kwamen en aten het op. Een ander deel viel op rotsachtige grond, waar maar weinig aarde was, en het schoot meteen op omdat het niet diep in de grond kon doordringen; en toen de zon opkwam verschroeide het jonge groen, en omdat het geen wortel had droogde het uit. Weer ander zaad viel tussen de distels, en de distels schoten op en verstikten het en het bracht geen vrucht voort. Maar er waren ook zaadjes die in goede grond vielen en wel vrucht voortbrachten:
ze schoten op en groeiden en droegen vrucht. Sommige leverden het dertigvoudige op, andere het zestigvoudige en weer andere het honderdvoudige.’ En Hij zei:
‘Wie oren heeft om te horen, moet goed luisteren!’
Toen Hij weer alleen was met Zijn volgelingen en met de twaalf, stelden ze Hem vragen over de gelijkenissen. Hij zei tegen hen:
‘Aan jullie is het geheim van het koninkrijk van God onthuld; maar zij die buiten blijven staan, krijgen alles te horen in gelijkenissen, “opdat ze scherp zien, maar geen inzicht hebben, opdat ze goed horen, maar niets begrijpen, anders zouden ze zich bekeren en vergeving krijgen.”‘ Hij zei tegen hen:
‘Begrijpen jullie deze gelijkenis niet? Hoe zullen jullie alle andere gelijkenissen dan begrijpen? De zaaier zaait het woord. Sommigen zijn als het zaad dat op de weg valt:
het woord wordt wel gezaaid, maar wanneer ze het gehoord hebben, komt meteen Satan om het woord weg te graaien dat in hen gezaaid is. Anderen zijn als het zaad dat op rotsgrond is gezaaid:
wanneer zij het woord hebben gehoord, nemen ze het meteen met vreugde in zich op, maar in hen schiet het geen wortel, ze zijn te oppervlakkig, en als ze vanwege het woord worden beproefd of vervolgd, houden ze geen ogenblik stand.